François de Waal, gewezen tv-maker en jurist, doorleefde zelf een ernstige depressie. In ‘Depressie, de dwangmatige denkziekte‘ maakt schrijver François de lezer deelgenoot van de wereld achter zijn depressie.
Lees een stukje mee over de pijnlijke weg die er al kronkelend naar toe leidt en over de wanhopige zoektocht naar inspiratiebronnen die leed kunnen verzachten. Voel hoe de uitzichtloosheid van een depressie er stevig in hakt.
Als je depressief bent
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Je denkt: hoe kan een boekje mij nou helpen? Dat kan helemaal niet! Wat weet die vent nou van mijn ellende? Van mijn gruwelijke ellende? Niks!
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Ja, ZIJN depressie gaat over, maar de MIJNE NIET!
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Een boek dat Depressie, de dwangmatige denkziekte heet, moet ik hier nou om lachen of huilen? Pff. Denk je nu echt dat ik een boekje met zo’n titel ga lezen? Gaat zoiets mij nou hoop geven? Flikker op, man!
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt
Je denkt: oké, misschien is die man zelf ooit depressief geweest. En andere mensen ook. Maar mijn situatie is helaas uniek, veel erger dan die van anderen, veel erger dan de situatie van die vent. Hou op zeg! Hoe rampzalig mijn leven nu is, daar heeft echt helemaal niemand een idee van. Alles is kapot! Ik zit klem en zie geen oplossing. En weet je waarom ik helemaal geen oplossing zie? Omdat er geen oplossing is!
Lezen? Een boek lezen? Man, ik kan me helemaal niet concentreren. Bij de derde zin ben ik de eerste al vergeten. Onderaan de pagina kan ik weer opnieuw bovenaan beginnen. Kan je er niet een YouTube filmpje van maken? Maar niet langer dan drie minuten graag. Langer hou ik niet vol.
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Ja ja, die vent kan makkelijk lullen, met hem is niks aan de hand. Hij is er helemaal bovenop gekomen, dat gaat mij echt nooit lukken. Hij kan er zelfs een boek over schrijven! Hij zal wel iets over depressie weten, want hij heeft het zelf meegemaakt. Zegt hij. Misschien weet hij meer over depressie dan al die artsen, therapeuten en psychiaters, want die hebben deze shit zelf nooit meegemaakt. Maar ja, die vent weet niks van mij. Hij weet niks van mijn angsten en mijn verdriet, niks van mijn hopeloze situatie en niks van mijn rampzalige nachten. Niks van mijn eindeloze gepieker, paniek en verschrikkelijke wanhoop.
Ik heb iemand nodig die me een beetje hoop geeft
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Ik heb helemaal geen boek nodig maar iemand die naar mij luistert, niet een schrijver die op z’n balpen kauwt en tegen me aanpraat. Ik heb iemand nodig die een kopje thee met me drinkt, die een keer voor me stofzuigt en naast me komt zitten. Die luistert en vragen stelt, z’n bek houdt over zichzelf, stil is en begrijpt dat ik dood wil. Ik heb iemand nodig die begrijpt wat er gebeurt in mijn hoofd. Die nooit eindigende explosies van pijn, pijn, pijn! Ik heb iemand nodig die deze pijn begrijpt. Die ondraaglijke pijn die mijn leven tot een hel maakt, elke dag opnieuw, vooral de ochtenden, en helemaal de nachten. Ik heb iemand nodig die me een beetje hoop geeft. Ik ben zo vreselijk bang dat deze gruwelpijn nooit meer stopt.
Speciaal voor jou
Als je depressief bent, weet ik wat je nu denkt. Steek dat boekje in je reet man, hou toch op. Toch heb ik dit boekje voor jou geschreven. Speciaal voor jou en voor echt helemaal niemand anders. Alleen voor jou.